La Fontaine: La vie d′Ésope (Frans, Deel 2). Spring hier naar de originele tekst..

         

Inleiding.

‎Niet alleen het hervinden van de spraak is voor het zich (!) bevrijden uit de slavernij van belang. De acceptatie van je uiterlijk als dat van een niet slaaf is ook van belang, blijkt uit Deel 2 van het Leven van Aesopus, zoals La Fontaine het heeft opgeschreven. Ook dit aspect van de bevrijding uit de slavernij was ik nog nergens zo expliciet tegengekomen. Kleur, geslacht en een handicap kunnen je in slavernij houden, zelfs nadat je uit de slavernij bent bevrijd. Je zou zelfs kunnen zeggen, dat de acceptatie door anderen van wat je onderscheidt van die anderen, je misschien voor een groter probleem stelt, dan de feitelijke slavernij.

Wat hier aan de orde is, is de vraag in hoeverre humor aan de bevrijding of juist door pestgedrag aan langdurige onderwerping heeft bijgedragen. Uit The Classical World van Robin Lane Fox heb ik een scène in het oude Sparta geciteerd op mijn blog De Honden, waaruit bleek dat grappig vaak slechts grappig is voor een bepaalde groep: “…… spot was een van de belangrijkste sociale cohesie versterkende instrumenten in Sparta. Dat hield in (zoals ons wordt verteld) dat dronken slaven, Heloten, werden bespot door ze willoos te laten ronddartelen.” (9). Spot, een vorm van humor, draagt ertoe bij dat een groep zich superieur blijft voelen. De ‘dolkomische’ Heloten waren in feite slachtoffers van het Spartaanse imperialisme. Zij waren de onderworpen bewoners uit de omgeving van Sparta.

Anderszijds lezen we over Phaedrus, een van de eerste vertalers uit het Grieks in het Latijn van de Aesopus sprookjes, dat hij de verhaaltjes gebruikt om zich tegenover dictatoriale figuren staande te houden. De lijfwacht van Tiberius, Seianus, had er een handje van hem duchtig naar believen te tuchtigen, zoals wij ook bij La Fontaine lezen dat een zekere Zénas Aesopus straft. Dit zou je kunnen uitleggen, als dat de humor ertoe bijdraagt, de situatie waarin de slaaf verkeert, te verlengen. Eigenlijk is er geen enkele aanwijzing dat humor zou kunnen bijdragen aan de bevrijding uit slavernij.

En dan lezen we ineens over het leven van Aesopus bij La Fontaine. Eigenlijk gaat het hier niet om een biografie, een levensverhaal, omdat zoals velen beweren Aesopus een verhaal op zich is. Het is een legende, waarvan het onzeker is of de hoofdpersoon ooit geleefd heeft. Het verhaal over Aesopus lijkt in stapjes impliciet een weg te wijzen uit de onderworpenheid! We hebben te maken, lijkt het, met een van de eerste voorbeelden van Verzetsliteratuur. Waarom is de tweede stap in de bevrijding uit slavernij die van de acceptatie van je uiterlijk? Bij Aesopus spelen verschillende beesten een rol ten opzichte van elkaar. Ook daaruit zou je kunnen opmaken, hoe belangrijk verschil in uiterlijk is. Dat verschil kun je benadrukken, maar je kunt het ook accepeteren. Vaak beginnen de verhaaljes met twee dieren, die vriendschap met elkaar sluiten, terwijl de lezer al weet dat de twee tegengestelde belangen hebben (Fabels van Aesopus, Johan van Nieuwenhuizen, 33:

Een ezel met een leeuw op jacht

Met blaadren op de rug en aan de poten struiken
liet eens een ezel zich als kreupelhout gebruiken
door een gewiekste leeuw, die jagen ging in ′t woud
“′t is simpel,” zei de leeuw, “Ik maak de beesten koud,
zodra jij, door geschreeuw, ze uit het bos doet vluchten.
Ze zien jou aan voor struik en denken niets te duchten,
maar komen ze dichtbij: sla ze de schrik om ′t lijf!
Bij Sint Hubertus, vriend die buit is buiten kijf!”
Zoals bekend kan dit niet goed aflopen, en toch heeft Aesopus ze in een verhaaltje bij elkaar gezet. De ezel slaat de andere beesten de schrik op ′t lijf door zijn schreeuwen: “IaIa……” Met welke bedoeling? Om indruk op de Leeuw te maken en om nietsvermoedende beesten de stuipen op het lijf te jagen. Uit het stukje hierboven valt een ding op: de ezel heeft zich gecamoufleerd met kreupelhout en struikgewas! Je zou eruit kunnen afleiden dat het blijkbaar mogelijk is om de uiterlijke schijn die tegen je is, van je af te werpen! En als je dat dan hebt gedaan, zien de anderen geen gevaarlijke (?) balkende ezel, maar een ezel! En daarmee is dan ook meteen gezegd, wat de natuurlijke gang van zaken was: een slaaf sloeg op de vlucht, ging ervandoor om zichzelf te kunnen zijn. Of, wat erger is, hij of zij werd in de slavenhandel afgevoerd. Dat maakte acceptatie van je uiterlijk door jezelf en de ander overbodig?!

         

(1) Deze functie zijn we al eerder tegengekomen bij Flaubert in het verhaal waarin Hamilcar bemerkt dat de toestand van de slaven verslechtert door het optreden van de bedrijfsvoerder Giddenem. Bij Plautus wordt een van de werksters Giddeneme genoemd, de vrouwelijke vorm van hetzelfde zelfstandige naamwoord. In het stuk van Plautus was niet duidelijk wat de plaats in de hiërarchie in het huishouden was van zo′n ‘giddenem(e)’. Blijkbaar gaat het om de chef(fin), het hoofd van het huishouden.

         

(2) Het Duitsland van de 19e eeuw staat bekend op zijn harde opvoedingsmethodes. Die pedagogie kreeg de naam de “zwarte pedagogie”. Maar daarvan treffen we ook al een voorbeeld aan in dit levensverhaal van Aesopus bij La Fontaine! In Frankrijk en niet in Duitsland. Ik kan deze scène niet anders uitleggen. Verder maakt de scène duidelijk dat slaven in de Oudheid de opvoeders van kinderen waren.

         

(3) Hoevaak wordt dit antwoord in de politiek niet gegeven. Het antwoord van Aesopus blijft verrassend.

         

(4) De klassieke markt kon je niet zomaar oplopen, bij de ingang stonden mannen in dienst van de staat of stad die je alleen toegang verleenden als je ervoor betaalde. Dit systeem heb ik zelf nog meegemaakt in Marokko (1989), waar aan het begin van de weekmarkt (niet de dagmarkt) mensen stonden die je tegen betaling een toegangskaartje gaven. Een vorm en voorloper van onze belastingen.

         

(5) zie Inleiding hierboven.

         

(6) In het Frans staat er “maîtresse” wat “minnares” betekent! Door de context heb ik er voor ons begrip “huisbazin” van gemaakt. Een minnares die zoveel macht in huis heeft, is voor ons onbestaanbaar. Het plaatst ook vraagtekens bij het woord in het Frans.

         

De originele tekst: