Wilt u naar de website Klassieke Humor: klik dan -->

         

De reconstructie van het Tweede Verhaal op de Zevende Dag uit de Decamerone van Boccaccio..

         

 Met dit programmaatje wil ik laten zien hoe misschien Boccaccio met een paar zinnen uit oude grappen een verhaal uit de Decamerone schreef. Ik gebruik de Moppenfabriek om het proces van schrijven na te bouwen. Dit proces lijkt veel op de wijze waarop Rederijkerskamers bepaalde gedichten als in een schaakspel construeerden; de wijze van werken reikt terug tot in de Romeinse tijd, en volgens mij misschien nog verder. Natuurljk zou Boccaccio, Boccaccio niet zijn, als hij het basismateriaal niet zo bewerkte dat er niet zozeer een nieuw verhaal ontstond, maar op basis van oude verhalen er een nieuw inzicht in maatschappelijke verhoudingen zich aandiende. Eigenlijk deed Boccaccio in dit verhaal maar één radikale ingreep: hij veranderde de rol van de man in die van de vrouw. Van Klassieke Humor is één van de belangrijkste kenmerken dat in het midden van het verhaal de baas – knecht verhouding wordt omgedraaid. Boccaccio wacht daarmee niet tot hij aankomt in het midden van het verhaal, maar hij begint van meet af aan met deze omkering van machtsverhoudingen. Dat moet ongetwijfeld bij sommigen op de lachspieren hebben gewerkt, maar bij anderen gewerkt hebben als een oproep tot verzet.

         

Het Tweede Verhaal dat op de Zevende Dag in de Decamerone wordt verteld, kan als volgt worden samengevat. We nemen in gedachten het schema van actie – reactie, vergezeld door een symbool. Ik kom tot de volgende samenvatting: Peronella heeft haar minnaar op bezoek, als haar man thuis komt (Begin). De minnaar verstopt zich in een (wijn–)vat (Reactie–Actie). Haar man zegt op die dag het (wijn–)vat voor de prijs van 5⁄6 zilverstukken⁄denariën verkocht te hebben (Actie–Reactie). Het vat wordt voor 7 zilverstukken⁄denariën verkocht: de vrouw en haar minnaar maken gebruik van de situatie, en de minnaar weet te ontkomen (Slot).
Symbolen: het (wijn–)vat staat voor vrouw; Gianello (de godheid Janus, Lat. ianua), staat voor deur, drempel, poort, man.

         

Dit keer gebruik ik mijn analysemethode op een andere manier. De Moppenfabriek is op allerlei manieren te gebruiken. Dit is er één van. De verhalen in het Nederlands, Italiaans en Latijn lijken zoveel op elkaar, dat het interessant kan zijn de verschillen te ontdekken. Stond in het vorige voorbeeld uit de Decamerone centraal het vinden van de overeenkomsten; dit keer concentreer ik me op de verschillen. De vertalingen in het Nederlands staan in het rood: de eerste vertaling is van Frans Denissen en de vertaling uit het Latijn is van Vincent Hunink. In de vertaling van Frans Denissen is het verhaal te vinden in de Decameraone op pagina 490 ev.: Zevende dag, Tweede Verhaal. De vertaling van Vincent Hunink is te vinden in De gouden Ezel van Apuleius (Metamorfosen) op pagina 167.

         

Ga naar de knop “Begin” en klik erop: een pop–up opent zich. Je kunt de pop–up laten verdwijnen door op de “X” in de rechterbovenhoek te klikken en je bent weer terug bij de hoofdtekst. Ga daarna naar de volgende knop om die pop–up te openen!

         

         

De middelste knoppen staan voor een omkering van de natuurlijke, logische gang der gebeurtenissen. Normaal roept een actie een reactie op; hier gebeurt het omgekeerde, omdat je er bij grappen vanuit moet gaan dat iemand anticipeert op wat een ander gaat doen. Hij reageert dus op iets dat nog niet heeft plaats gevonden. Dit is het wezen van de grap. Dat krijgt gestalte door de eerste middelste knop “Reactie–actie” te noemen en de laatste middelste knop “Actie–Reactie”.

         

         

×
  1. Giannello sprong bliksemsnel in het vat en Peronella liet haar man binnen en snauwde hem met een vernietigende blik toe:“Wat krijgen we nu? Waarom ben jij zo vroeg terug?”
  2.          

  3. Giannello prestamente entrò nel doglio, e Peronella andata all′uscio aprí al marito, e con un mal viso disse: “Ora questa che novella è, che tu cosí tosto torni a casa stamane?”
  4.          

  5. Zijn vrouw was niet voor een gat te vangen……Zij wrong haar vriend los uit hun stevige omarming en borg hem ongemerkt in een vat, dat daar in een hoekje half in de grond stond maar verder leeg was.
  6.          

  7. Tunc mulier callida et ad huius modi flagitia perastutula tenacissimis amplexibus expeditum hominem dolio, quod erat in angulo semiobrutum, sed alias vacuum, dissimulanter abscondit.

         

         

De derde knop “Actie–Reactie” werkt precies zó als de tweede knop.

         

×
  1. “Maar ik heb wél gezorgd dat we voor meer dan een maand brood op de plank hebben, want ik heb daarnet het wijnvat, dat hier zoals je weet allang in de weg staat, verkocht aan de maat, die met mij meegekomen is. Hij heeft er vijf zilverstukken voor over.”
  2.          

  3. “……ma io ho nondimeno proveduto e trovato modo che noi avremo del pane per piú d′un mese, ché io ho venduto a costui, che tu vedi qui con meco, il doglio, il qual tu sai che già é cotanto ha tenuta la casa impacciata; e dammene cinque gigliati.”
  4.          

  5. “Wat zullen we nu krijgen?” sprak hij. “Ook al is de baas voor zaken op het forum en had hij vandaag voor ons geen werk, toch heb ik iets bedacht voor ons middagmaal. Kijk maar eens naar dat vat dat daar altijd leegstaat en nutteloos plaats inneemt, een sta–in–de–weg en anders niets. Dat vat heb ik voor zes denariën aan iemand verkocht……”
  6.          

  7. “Et quid istic est?” ait “Nam licet forensi negotio officinator noster attentus ferias nobis fecerit, tamen hodiernae cenulae nostrae propexi. Vide sis ut dolium, quod semper vacuum, frustra locum detinet tantum et re vera praeter impedimentum conversationis nostrae nihil praestat amplius. Istud ego sex denariis cuidam venditavi”

         

         

De vierde knop, het “Slot-accoord”, werkt precies zó als de andere knoppen. Opvallend is hoe bijna letterlijk Boccaccio de Latijnse tekst van Apuleius (zie plaatje aan het begin van deze pagina) heeft overgenomen. Toch zijn er subtiele verschillen die veelzeggend zijn, zoals blijkt uit de Slotopmerkingen.

         

×
  1. “Dat doet de deur dicht!” riep Peronella uit. “Jij bent een man en komt overal, dus zou je van prijzen op de hoogte moeten zijn: en jij verkoopt zo′n vat voor vijf zilverstukken! En ik, die maar een simpele vrouw ben en bijna nooit de deur uit komt, ik heb die ton, die ik al een hele tijd beu was, voor zeven zilverstukken verkocht aan een brave man die er, toen jij aankwam, net ingekropen was om hem op zijn deugdelijkheid te inspecteren.“
  2.          

  3. Disse allora Peronella: “E tutto questo è del dolor mio: tu che se′ uomo e vai attorno e dovresti sapere delle cose del mondo, hai venduto un doglio cinque gigliati, il quale io feminella che non fu′ mai appena fuor dell′uscio, veggendo lo ′mpaccio che in casa ci dava, l′ho venduto sette a un buono uomo, il quale, come tu qui tornasti, v′entrò dentro per vedere se saldo fosse.”
  4.          

  5. De vrouw zag meteen hoe zij zich eruit kon praten.“Wat heb ik toch een geweldige man,” schaterde ze brutaal uit. “Een mooie zakenman, hoor. De handelswaar, die ik, een vrouw die het huis niet uit komt, allang voor zeven denariën heb verkocht, laat hij voor minder gaan!”
    “En wie mag dat wel zijn?” vroeg de man, verheugd over de extra opbrengst. “Wie wilde daar zoveel voor betalen?”
    “Ach sufferd,“ zei ze “mijnheer zit al een tijdje in het vat om het op stevigheid te beproeven.”
    De ander reageerde alert op de woorden van de vrouw en schoot prompt overeind.
    “Nou, mevrouw,” begon hij, “om u de waarheid te zeggen, dit vat is wel heel oud……”
    Zo ging het door totdat het werk op beide plekken klaar was, waarna de onfortuinlijke timmerman zijn zeven denariën ontving. Hij zag zich ook nog gedwongen het vat op de nek te nemen om het bij de echtbreker thuis te bezorgen.
  6.          

  7. E re nata fallaciosa mulier temerarium tollens cachinnum: “Magnum” inquit “istum virum ac strenuum negotiatorem nacta sum, qui rem, quam ego mulier et intra hospitium contenta iam dudum septem denariis vendidi, minoris distraxit.”[7] Nec ille sermoni mulieris defuit, sed exurgens alacriter: “Vis” inquit “verum scire, mater familias? Hoc tibi dolium nimis vetustum est et multifariam rimis hiantibus quassum”…… hoc et illud et aliud et rursus aliud purgandum demonstrat digito suo, donec utroque opere perfecto accepit septem denariis calamitosus faber collo suo gerens dolium coactus est ad hospitium adulteri perferre.

         

         

Slotopmerkingen

In het Latijn is het slot uitgebreider in verhouding tot het midden-deel (reactie–actie; actie–reactie) en het begin bij Boccaccio. Kortom, weer heeft zich een verschuiving naar een ander accent voorgedaan. In het Latijn weegt ten opzichte van de tekst van Boccaccio het Slot zwaarder dan het Begin. De moraal, die op het eind komt, is in het Latijn zwaarder aangezet. Boccaccio heeft meer omhaal van woorden in het Begin en in het midden van he verhaal. Dit komt niet zozeer het onderbouwen van de psychologische motieven van de hoofdrolspelers ten goede, zoals dat in de Romantiek wél plaats vindt, maar de opsmuk van het verhaal op zich. De psychologie van de Latijnse versie is op bepaalde punten zelfs sterker dan die van Boccaccio, vind ik. Voorbeeld: het verschil in de prijs voor het vat is in de Latijnse versie minder groot dan in de versie van Boccaccio, waardoor het hebzuchtige karakter van de de echtgenoot beter tot zijn recht komt. Ander voorbeeld: dat de man zijn ongenoegen laat blijken, zoals in de Latijnse versie het geval is, is vanzelfsprekender, omdat hij geen werk heeft gevonden en toch heeft gezorgd voor brood op de plank, dan zijn vrouws snibbigheid die de man maar steeds blijft accepteren, in de versie van Boccaccio. De manier waarop de vrouw haar man weet af te troeven is een vondst, die ook in de Latijnse versie al voorkwam. Van het vat maakt Boccaccio een wijnvat, wat waarschijnlijk bedoeld is om de man in een kwaad daglicht te zetten. Dat is dan duidelijk om de toehoorder te bespelen, en niet om te psychologiseren. Je zou kunnen zeggen dat er een verschuiving plaats vindt in de moraal van het verhaal. Gaat het in de Latijnse versie om naïviteit en hebzucht, in de Boccacio versie klinkt een lichte waarschuwing door voor overmatig alcoholgebruik.

         

Er heeft zich in het verhaal bij Boccaccio aan het symbool voor vrouw, een vat, een symbool voor man gevoegd: de poort, deur, drempel, ianua (Latijn). Dit symbool komt in de Latijnse tekst slechts een keer in het begin voor op het moment dat de echtgenoot op de deur klopt om zijn vrouw de deur te laten openen. In de Italiaanse tekst komt het symbool veel uitdrukkelijker voor, omdat het de naam van de minnaar is: Gianello (Janusje). Je zou kunnen concluderen dat hierdoor de man en de vrouw, omdat ze beiden met een symbool aangeduid worden, meer gelijk aan elkaar zijn geworden. Maar hij is wel een oplichter, een trickster. In de wereld van de trickster zijn mannen en vrouwen veel meer aan elkaar gelijk, zoals we al verschillende keren hebben gezien. Bijvoorbeeld in de grappen rond Salomon.

         

In de Latijnse tekst staat op het eind een dubbele moraal. Het verhaal waarschuwt voor naïef vertrouwen en hebzucht. Maar keurt ook het gedrag van de vrouw af. Dit ontbreekt in de Italiaanse versie.

         

Waarom heeft Pasolini dit verhaal in zijn film opgenomen? Speculatief, zou ik het erop willen houden, dat hij het misschien wel om homo–erotische redenen heeft gedaan. In de Decamerone komen veel meer homo–erotische verhalen voor. Bijvoorbeeld het verhaal van de man die zich bij de uitspattingen van zijn vrouw neerlegt, omdat hij het zelf liever met een jongen aanlegt: Tiende verhaal, Vijfde Dag. Maar dat verhaal heeft Pasolini niet opgenomen! Je zou bijna denken dat hij op het moment van het maken van de Decamerone nog niet uit de kast was gekomen of in ieder geval er nog niet mee naar buiten wilde komen dat hij homo was.