Hoe verschillen Sprookjes van Klassieke Grappen.

         

Allereerst zijn dit grappen? Als je op de linken afgaat in de ‎samenvatting in acties, dan moet je wel concluderen dat het hier om grappen ‎gaat. Het verhaal wordt zelfs in heel veel landen als grappig ervaren: ‎Duitsland, Spanje, Iran, Marokko, België en Nederland. De spreiding ‎is echt heel bijzonder, vooral als je de volgende kanttekening bij dit ‎sprookje erbij neemt: “Buiten Europa komt het verhaal maar zelden ‎voor. Men mag daarom met Antti Aarnen die hieraan een apart ‎onderzoek gewijd heeft (‘Der Mann aus dem Paradiese’ met een ‎woordspel Parijs⁄Paradijs, F.F. Comm, nr 22, Helsinski 1915) wel ‎aannemen, dat het van Europese oorsprong is! De oudste bewerking ‎staat in een Latijns humoristisch gedicht, dat in 1509 te Leiden werd ‎gedrukt: De Barta et marito eius per studentem Parisiensem ‎subtiliter deceptis” (vert. Over Berta en haar echtgenoot die door een ‎Parijse student werden bedrogen.) Hier heet de vrouw dus niet ‎Triene, maar Berta, die samen met haar man door een Parijse ‎student worden bedrogen.‎ En over de eerste grap: “Het in ‎pand houden van een der drie koeien is een Uilenspiegelgrap, die ‎reeds door Hans Sachs in ‎een Meesterlied behandeld werd.” Zie ook de samenvatting in acties.

         

Als je kijkt naar de struktuur, dan is hier ook een tweedeling net als in ‎de grap van de slapende Tijl Uilenspiegel in de Bijenkorf. Daarbij is er in dit geval ‎een samenspel met de structuur, doordat in feite de tweede functie ‎reactie–actie niet tot stand komt door de hoofdrolspeelster, maar ‎door de veekoopman. In feite wordt dit weer recht getrokken in het ‎laatste deel met de man in de hoofdrol, wanneer die er zelf in slaagt ‎de zaak te bedotten als hoofdpersoon. Kortom, wat de vrouw niet ‎goed kan, doet de man op z′n best. Al deze dingen bij ‎elkaar brengen mij ertoe dat het om een grappig verhaal gaat, met ‎actie, woordspel en moralistische strekking. Dat laatste maakt de ‎grap, net zoals in het toneelstuk De Molenear van Bredero ‎het geval was, eigenlijk meer een verhaal met een ‎moralistische strekking, dan een grap zonder meer.

         

Daar komt nog iets anders om de hoek kijken, waardoor deze indruk ‎wordt bevestigd. Ik ga hier uitleggen, dat deze grappen een soort ‎persiflage zijn op het Sprookje Hans en Grietje. Daartoe maak ik eerst ‎een samenvatting van de verschillende acties op mijn manier, plus ‎symbool. Daarna vergelijk ik de acties die voorkomen in Hans en ‎Grietje met die uit de Wijze Liên (Wijze lieden). Ook het Hans en ‎Grietje verhaal valt in twee delen uiteen. Hans en Grietje was een van ‎de meest geliefde sprookjes van Bruno Bettelheim, en we gaan kijken ‎of zijn analyse ons iets vertelt over de Wijze Liên. ‎

Zijn de overeenkomsten toeval?‎

Onder de link staan de overeenkomsten nog eens kort samengevat. Natuurlijk, er is een behoorlijk ‎soepele geest nodig die van het ene verhaal het andere kan maken. ‎Maar het is niet onmogelijk, zoals de vergelijking laat zien. Er zijn ‎zelfs heel bijzondere symbolen die in beide verhalen terugkomen, ‎zoals de stok (stokje). Beide verhalen hebben blijkbaar tot ‎onderwerp hoe er gestraft kan worden. En door wie: in ‎het ene geval een toverkol (stiefmoeder) en in het andere geval een ‎man. In het ene geval wijst een paard de weg naar de hemel (het ‎paard is stuurloos en loopt toch recht op zijn doel af); in het ander ‎geval wijst een vogel de weg naar de hemel. Dit doet vermoeden, ‎omdat de vogel een christelijke vinding is, dat de grap ouder is dan ‎het Hans en Grietje verhaal. Nu verbouwden de gebroeders Grimm ‎nogal wat aan het verhaal zoals het hun was verteld, om het meer in ‎overeenstemming te brengen met de morele eisen van de tijd. Zoals de slotopmerking: “Zo dacht de boer; maar ik denk, jij houdt meer van de simpelen.‎” Dus ‎dit hoeft niet persé het geval te zijn. Maar toch! Ik had al eens eerder ‎geconcludeerd dat de grappen ouder kunnen zijn dan de sprookjes.

         

Zoals eerder beweerd zou een sprookje de omgekeerde ordening van ‎functies ‎moeten hebben van een grap, i.p.v. reactie-actie heeft het sprookje ‎actie-reactie. Is dat hier het geval? Dat is inderdaad het geval, als de ‎veekoopman de koeien zonder omwegen de stal uitdrijft. En dat is ‎ook zo in het vervolg, deel 2, het geval als de man vertelt dat hij uit ‎de hemel is gevallen. Het Wijze Liên lijkt dus een grappige variatie op het ‎sprookje Hans en Grietje te zijn. Als de grap vooraf ging aan het sprookje, is natuurlijk het ‎sprookje een variatie van de grappen. Waarom zouden grappen sprookjes worden? Dat zou heel goed kunnen samenhangen met het ‎taboe op de lach, dat we kennen vanaf de introductie van het ‎christelijk geloof. Er zijn nog genoeg andere redenen, maar het zou ‎een geheel ander betoog gaan worden, als ik hierop verder inga.‎

         

Bruno Bettelheim‎, Nirvana en het Nut van Sprookjes.

Als er een overeenkomst is dan zou de interpretatie van Bruno ‎Bettelheim van het Hans en Grietje sprookje, mij te hulp moeten ‎kunnen komen bij de uitleg van de grappen. Bruna Bettelheim ziet ‎het Hans en Grietje sprookje als het verhaal van volwassen worden. ‎De angsten van het kind, doordat het zijn moeder moet loslaten — het ‎wordt gespeend—, worden overwonnen, omdat het kind beseft dat ‎het op eigen benen kan staan en de moeder niet nodig heeft. In het ‎sprookje speelt een vrouw de hoofdrol, de man is ergens op de ‎achtergrond wel aanwezig, maar speelt geen rol van betekenis. ‎Bettelheim, het nut van Sprookjes (1975: 204): “Zo voelt een kind als het gekweld wordt ‎door ambivalente gevoelens, frustraties en angsten van het oedipale ‎ontwikkelingsstadium en door zijn vroegere teleurstelling en woede ‎als zijn moeder niet langer aan al zijn wensen tegemoet kwam zoals ‎hij had verwacht. Hevig ontdaan omdat zijn moeder eisen aan hem ‎gaat stellen en steeds meer aan zichzelf gaat denken – iets waarvan ‎het kind zich vroeger nooit bewust had willen zijn – verbeeldt hij zich ‎dat de moeder die hem had gevoed en een wereld had geschapen ‎van heerlijke verzadiging, dit alleen deed om hem maar wat wijs te ‎maken—zoals de heks in het verhaal””

         

Maar in de grap is het de man die de eisen stelt, en speelt de vrouw ‎een ondergeschikte rol. Hij stelt zulke hoge eisen, dat niemand eraan ‎kan voldoen. En de enige die hier garen bij spint is de man: hij is een ‎egoïst, die zijn vrouw spaart, omdat ze dom is. Is de man eigenlijk ‎een veeleisend kind? Is de grappige variant eigenlijk een spel, dat ‎maar een winnaar kent? En gaan de grappen eigenlijk over het belang ‎dat men hecht aan een mannelijke nazaat? Een apenrots met maar ‎een alfa-aap. En misschien is op zo’n kind van toepassing wat Kurt ‎Corbain van Nirvana zingt: “I′m worse at what I do best, And for this ‎gift I feel blessed”. De man (het kind) belazert de boel, en daarin is hij ‎een kei. Hij wordt er zelfs ruimschoots voor beloond; dat wil zeggen ‎dat hij om dit talent wordt “gewaardeerd” (blessed). De grap vertelt ‎ons iets over puberale ervaringen in een tijd dat de puberteit nog niet ‎op het schild was geheven. Hoe moet je met iemand (kind, puber) ‎omgaan die zich zo geprivilegieerd voelt dat hij vindt dat alles mag, ‎omdat hij intelligenter of getalenteerder is? Dat werd autoritair met ‎een pak slaag afgedaan!

         

Het gedrag van de man (kind) doet denken aan wat bij Vestdijk het ‎doorgeschoten keuken-meiden complex is. Dat kan ‎twee kanten opgaan: óf de baas gaat zich zo autoritair gedragen dat ‎hij zich god op aarde waant en dan ook alles mag wat Zeus zich kon ‎veroorloven; óf de “meid” (knecht) verheft zich tot de stand van haar ‎baas en denkt zich alles te kunnen veroorloven, wat ze maar kan ‎bedenken (Brecht: Seeräuber Jenny). Het gaat in feite om een ‎geprojecteerd onopgelost oedipaal conflict zoals Bruno Bettelheim ‎dat beschrijft in het hierboven aangehaalde citaat. Met ander ‎woorden, als veel mensen hiermee behept zijn, dan komt het ‎persoonlijk onverwerkte conflict op straat te liggen en doordrenkt de ‎maatschappij op zo′n manier dat die ontwricht raakt.‎

         

Dus, inderdaad, de analyse van Bruno Bettelheim werpt licht op het ‎begrijpen van deze grappen. Maar ik word daar niet vrolijker van! Ik hoop zelfs dat de analyse nergens opslaat. Maar ik ben bang dat ze niet alleen de neerslag is van een depressieve bui, maar een toekomstig regenfront aankondigt. Laat deze bui aan mij voorbij gaan en laat het geen regenfront zijn!

         

(a) Alles wijst in dit gedeelte van het verhaal erop dat er iets verdwenen is. Ik dacht in eerste instantie aan iets schandaligs, zo is de mens nu eenmaal. Ik bedoel een vrouw die de teugels niet hanteert op een ossenwagen, roept een beeld op dat die vrouw onbehoorlijke diensten aanbiedt. Maar dit beeld past niet bij die man, die nogal streng in de leer is. Tegelijk, wijst zijn geliefde attribuut, de knuppel, erop dat hij misschien niet zo braaf is als hij voorgeeft. Maar misschien is er ook nog iets anders aan de hand.

Het beeld dat de scène oproept, doet ook denken aan de gebroken teugels van de ezel van de afbeelding (naar beneden scrollen!) in Volubilis in Marokko. Ook dit doet vermoeden dat op deze corrupte plek in het verhaal ooit eens iets stond dat men niet meer begreep of wilde begrijpen. Een wagen die naar de hemel gaat, geeft mij meteen het idee dat het gaat om een zonnewagen, getrokken door paarden. Klopt dus niet, bovendien de bestuurders zijn in dat geval mannen, en in dit geval gaat het duidelijk om een vrouw. Eigenlijk komt er dan nog maar een godheid in aanmerking voor deze rol: Eoos, de rozevingerige dageraad. Deze scène in het verhaal kan erop duiden dat dit Grimm verhaal Klassiek mag worden genoemd. Maar wat heeft Eoos met ossen van doen, behalve dat qua woordbeeld “os” en “eos” (een veel voorkomende variant van Eoos) wel erg veel op elkaar lijken. Is er sprake van verhaspeling?